In de praktijk 1
Bij dit spel spelen steeds 2 spelers tegen elkaar. Op het blauwe vlak zetten ze een voorwerp dat ze kunnen verplaatsen. Wij kregen tafelkaartjes bij het spel aangeleverd en dat past perfect bij onze groep! Veel kinderen vinden de tafeltjes nog lastig en extra oefening is voor alle kinderen goed. Ieder kind krijgt een stapeltje met flitskaartjes. Bij het startsein lossen ze hun eigen kaartjes op en als ze het goed hebben, mogen ze het voorwerp een vakje van zich af plaatsen. Doordat er van vier kanten gespeeld wordt, kan het voorwerp alle kanten op gaan en wij hadden de afspraak: valt het voorwerp om, starten jullie weer op het blauwe vakje.
De kaartjes die de kinderen goed hebben, leggen ze links van zich op een nieuwe stapel (een aantal kinderen vond dit erg lastig, aangezien ze snel wilden zijn en ze dus niet bezig waren met het maken van stapeltjes). Zo kan een kind als zijn of haar stapeltje op is, verder aan het stapeltje van het kind links van hem/haar.
De kinderen waren erg enthousiast en gingen fanatiek aan de slag. We zijn gestart met een lijmstift, omdat de kinderen dat makkelijk vast kunnen pakken. We hebben het spel ook gespeeld met een zandloper en een leuke variatie daarbij is om het spel op tijd te spelen: wie heeft de meeste sommen binnen de tijd opgelost. Wel is het belangrijk om er bij de tweetallen rekening mee te houden dat je kinderen tegenover elkaar zet die ook aan elkaar gewaagd zijn.
In eerste instantie dachten wij dat het veld te klein zou zijn, maar doordat de tweetallen aan elkaar gewaagd zijn, duurt het echt wel even voor het voorwerp van het spelbord afgeschoven is. Onze groep is enthousiast en wij zullen dit spel zeker in blijven zetten bij het oefenen aan de tafeltjes, maar misschien ook voor andere doeleinden.
Heb je ook een leuk spel gedaan en wil je ook in onze 🄸🄽 🄳🄴 🄿🅁🄰🄺🅃🄸🄹🄺 rubriek? Stuur jouw bijdrage dan naar dekenniskwekerij@gmail.com of via een privébericht op Facebook of Instagram.
Onze blogthema's
Wil je dit spel of andere spellen ook spelen?
